Amsterdamse Schoolwandeling in Groningen deel 2

Na de succesvolle eerste Amsterdamse Schoolwandeling, kregen de Kameraadschappij kameraden de smaak flink te pakken. We wilden meer! In deel 2 hebben we de zuid en westkant van Groningen uitgekamd naar wat verdwaalde Amsterdamse School gebouwen. Zie ook dit stukje trouwens over de architectuur van de Amsterdamse School.

We verzamelden bij het station, net als bij de eerste wandeling. Maar nu liepen we de andere kant uit. Onder het wandelen stelden we elkaar vragen over het belang van relikwieรซn in onze beweging. Symbolen, pins, krantjes en andere socialistische spulletjes, leiden deze tot meer inspiratie en vurigheid voor de beweging? Ja! De kleur rood, sterren, driehoeken, schuddende handen, opkomende zonnenโ€ฆ kom maar op!

De gebouwen van de Amsterdamse School zijn een soort supersized relikwieรซn. Overblijfsels van een vervlogen tijd. Ik zei het al in het eerste stukje, maar de meeste Amsterdamse school gebouwen zijn ontzettend gewilde objecten geworden waar een prijskaartje aan hangt. Het is al lang niet meer te betalen voor degenen voor wie het bedoeld was. Natuurlijk moeten we het verleden niet romantiseren maar die verleiding weerstaan als je zo een prachtig uitgekiend en verzorgd ambachtelijk gebouw voor je ziet, is bijna onmogelijk. Het zet ook aan tot dagdromen voor de komende generatiesโ€ฆ wat als we nou weer van die mooie gebouwen zouden bouwen, in plaats van de gruwelen als prefab en containerwoningenโ€ฆ.

De Amsterdamse School maakte niet enkel gebouwen, maar wilde de stedelijke omgeving in het geheel inrichten. Hier hoorden dus ook brugwachthuisjes bij, plaskrullen, brievenbussen, straatverlichting, brugrelingen, glas in loodversieringen en meubilair. Tijdens de wandeling kwamen we een aantal van dit soort objecten tegen, de plaskrul moesten we van een afstandje bewonderen, want de weg was opgebroken. (Ik heb hem zelfs helemaal niet gezien, maar omdat mijn kameraden bevestigende antwoorden gaven op de aanwijzing van een kameraad, deed ik ook maar alsof ik hem zag om niet uit de toon te vallen).

Tijdens de wandeling bespraken we ook armoede. In de eerste Amsterdamse School complexen die in het begin van de vorige eeuw gebouw werden, woonde er een opzichter in het pand. Deze lette op of iedereen zich wel netjes gedroeg. Uit het raam hangen om met mensen op straat te converseren was niet netjes. Dat mocht niet. Kindertjes moesten er netjes bijlopen, gescheurde en vieze kleren mochten niet. Enerzijds vind ik zo een opzichter in die tijdsgeest niet zo slecht. Mensen kwamen echt uit barre omstandigheden waarin ze nooit de kans hadden gehad om netjes voor de dag te komen. Een krot vol insecten waar je elke ochtend ook nog eens een halve meter water uit moest scheppen is nou niet bepaald een omgeving waarin je het beste van jezelf naar boven kunt laten komen.

Tegelijkertijd ben ik heilig overtuigd van Brechts uitspraak โ€˜Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moralโ€™. Mensen die schaarste ervaren, hebben veel stress en het grootste deel van hun gedachtewereld wordt hierdoor gedomineerd. Als die schaarste en stress wegvallen, komt er opeens heel veel mentale ruimte vrij voor andere dingen. Hebben ze dan een opzichter nodig die ze gaat vertellen hoe ze zich dienen te gedragen? Klinkt nu nogal paternalistisch hรฉ.

Het maken van eigen keuzes is een fijner dan de opgelegde wil van een opzichter volgen. Maar keuzes maken gaat gepaard met inzicht, verantwoordelijkheid en autonomie. Hoe meer schaarste iemand ervaart, hoe lastiger het is om keuzes voor de lange termijn te maken. Dit komt door een verandering in de hersenchemie. Verwachten dat mensen die in schaarste en armoede leven, dezelfde keuzevrijheid hebben als hun meer-gegoede-medemens, is dus zowel om materiรซle als biologische redenen onterecht.

We leven nu in de realiteit waarin het neoliberale zelfredzaamheidsevangelie  de overhand voert. Hiertegenover staat het socialistische zelfbeschikkingsrecht. Beide staan voor het maken โ€˜van eigen keuzesโ€™, maar:

Hoewel onder het socialisme de hulpvraag van mensen af zal nemen, er zal immers geen schaarste meer zijn, zullen er altijd hulpvragen blijven. Bijvoorbeeld een hulpvraag bij het op orde krijgen van mentale gesteldheid. Onder het socialisme is het toegankelijk voor mensen om hulp te ontvangen. Er wordt samen gekeken naar oplossingen, een samenwerkingsverband tussen hulpverlener en hulpontvanger. Zolang het socialisme nog geen realiteit is, kunnen we wel op een coรถperatieve manier hulp bieden. Als socialistische beweging moeten we daarom blijven bouwen aan structuren waarmee we mensen (weer) op de goede weg helpen.

In het neoliberale zelfredzaamheidsverhaal wordt er heel veel gepraat over hoe fijn en โ€˜eerlijkโ€™ het is voor mensen om eigen keuzes te maken. Maar er is geen aandacht voor het creรซren van veilige, eerlijke en ondersteunende omstandigheden waarin mensen โ€˜eigen keuzesโ€™ maken.

Het liberalisme is voor mij toch altijd een homo homini lupus es situatie: โ€˜de mens is als een wolf voor zijn medemensโ€™. Als er van jongs af aan geleerd wordt dat je er met โ€˜eigen keuzesโ€™ maken en door โ€˜hard werkenโ€™ wel komt, dan is het toch geen fijne omgeving om hulp te vragen? Je bent immers een loser die โ€˜verkeerde keuzesโ€™ heeft gemaakt en โ€˜niet hard genoeg heeft gewerktโ€™, anders had je geen hulp nodig gehad. Je wordt gewoon met huid en haar opgevreten door de kapitalistische rat race, waar overigens niemand ongeschonden uitkomt.

Tegelijkertijd is er een gigantische omslag in het discours omtrent het vragen van hulp. Bewustzijn op gebied van mentale gezondheid is overal, en hulp vragen is nu cool en hip! De keerzijde: men wordt doodgegooid door influencers, bedrijfjes en startups die jou willen โ€˜helpenโ€™, door je in een reeks filmpjes toe te sturen, tegen betaling… Het hele hulp-vragen-verhaal is een gecommercialiseerde monsterlijke geldwolvenmachinerij geworden die mensen angst aanjagen om centjes uit de zakken te kloppen. Vind je me cynisch? Ben ik ookโ€ฆ

De oplossingen voor armoede zijn ALLANG bekend: het herverdelen van welvaart en het collectiviseren van de productiemiddelen. Eerst het eten, dan de moraal. Daar moeten we als beweging echt voor blijven strijden. En tijdens de activiteiten van de Kameraadschapppij kun je fijn met kameraden kletsen, ontspannen en lachen. Even bijkomen van de neoliberale hel waar we in leven, en dagdromen over de socialistische dageraad!